Natuur en landschap in Overijssel hebben niet alleen ecologische en maatschappelijke waarde maar ook grote economische waarde. Door de aanwezigheid van natuur en landschap wordt er jaarlijks meer dan een half miljard euro omgezet in de provincie Overijssel. Dat blijkt uit een uniek onderzoek dat adviesbureau KPMG in opdracht van de provincie Overijssel uitvoerde. De resultaten zijn vandaag gepresenteerd en bediscussieerd tijdens een bestuurlijke werkbijeenkomst over groene en blauwe diensten in Hellendoorn.
KPMG onderzocht het economische belang van natuur en landschap door te kijken naar de omzet in bijvoorbeeld recreatie en toerisme, horeca, cultuur, winning van drinkwater en winning van delfstoffen. Zo wordt er jaarlijks meer dan een half miljard euro omgezet en bieden natuur en landschap werkgelegenheid aan ongeveer zesduizend mensen. Dit is exclusief de omzet en werkgelegenheid in de agrarische sector. Bovendien is de onderzoeker nog aan de voorzichtige kant gebleven. De omzet en werkgelegenheid van toeleverende bedrijven zijn bijvoorbeeld niet meegenomen. Voor de studie zijn diverse ondernemers geïnterviewd waaruit blijkt dat natuur en landschap medebepalend zijn voor het vestigingsklimaat van bedrijven. Een groene omgeving leidt ook tot hogere woningprijzen.
Volgens het KPMG-rapport is het van wezenlijk belang om natuur en landschap in stand te houden en er in te blijven investeren. Niet alleen vanwege het belang voor recreatie, gezondheid, rust en ruimte, maar ook omdat het economisch kapitaal blijkt te zijn. Als natuur en landschap aan kwaliteit inboeten zal dat direct ten koste gaan van de regionale economie en werkgelegenheid. "Dan boeren we letterlijk en figuurlijk achteruit", aldus gedeputeerde Piet Jansen.
Tijdens de werkbijeenkomst presenteerde ook Landschap Overijssel een rapport dat hier naadloos op aansluit. Landschap Overijssel heeft bekeken welke natuur- en landschapwaarden in beheer zijn bij particulieren. Wil je deze elementen in stand houden, dan zul je de eigenaren voor hun diensten moeten betalen. Landschap Overijssel berekende dat het behoud en beheer van landschapselementen zoals houtwallen, heggen, poelen en lanen in Overijssel jaarlijks ruim 22 miljoen euro per jaar kost.
Volgens gedeputeerde Piet Jansen is de tijd aangebroken dat eigenaren van dit soort landschapselementen, vooral boeren, betaald worden voor de diensten die ze leveren. Doen we dat niet, dan zullen deze elementen op termijn allemaal verdwenen zijn, vreest hij. "Dan blijft er niets over van ons prachtige en waardevolle Overijsselse landschap".
Tijdens de werkbijeenkomst gingen bestuurders van gemeenten en waterschappen, grondeigenaren en andere betrokkenen met elkaar in discussie hoe deze zogenaamde 'groene en blauwe diensten' betaald kunnen worden. Daarbij komen niet alleen Rijk en provincie maar ook gemeenten, waterschappen en anderen, zoals bedrijven, in beeld. De uitkomsten zullen de opmaat vormen voor nieuw provinciaal beleid op het gebied van natuur- en landschapsbeheer. "Overijssel maakt serieus werk van deze groene en blauwe diensten. Mooi landschap is nu eenmaal niet gratis", aldus Jansen.
Afspraken over groene en blauwe diensten zullen op lokaal niveau gemaakt moeten worden was de eensluidende mening op de bijeenkomst. Gedeputeerde Jansen riep partijen op met nieuwe initiatieven te komen en niet op elkaar te wachten.
bron:Provincie Overijssel